Willem Elsschot's "Kaas" (1933) beschrijft de tragische mislukking van Laermans als kaasverkoper. Ondanks zijn hoop en dromen, wordt hij geconfronteerd met vernederingen en desillusies in de zakenwereld. De ironie en cynisme in het verhaal benadrukken zijn ongeschiktheid voor de handel, wat leidt tot een diepere reflectie op zijn karakter en keuzes.